In november neemt vzw Dienstencentrum Ter Engelen een nieuw
nursing- en bezigheidstehuis in gebruik. Het huiselijke gebouw biedt onderdak
aan 18 volwassenen met een handicap. Het ontwerpteam Mamu Architects – DBV
architecten ontwierp de nieuwe thuis op maat van de bewoners en de groene
omgeving. Aannemer Margema vertaalde de plannen naar de realiteit.
In de bosrijke omgeving tussen Hasselt en Bokrijk – vlakbij
KIDS en Tevona – leggen aannemers de laatste hand aan een nieuw tehuis voor Ter
Engelen. De vzw zal vanaf november 18 volwassenen met een ernstig
verstandelijke beperking of met een meervoudige handicap zoals motorische
beperkingen of gedragsproblemen opvangen in het nieuwe nursing- en
bezigheidstehuis. Het gebouw is volledig op maat van zijn toekomstige bewoners
ontworpen en gebouwd. Voor dat ontwerp deed de opdrachtgever een beroep op de
combine Mamu Architects – DBV architecten. Het ontwerpteam vertrok vanuit de
kwaliteiten van het bouwterrein. “Het is een sterk bebost perceel met aan de
rand een houtwal en de Bosbeek. Ons vertrekpunt was het vrijwaren van deze
elementen en het maximaal bewaren van de inheemse beplanting. In nauw overleg
met de groendienst van de stad Hasselt en de provincie hebben we een zone
gedefinieerd waarbinnen we het 1.280m² grote gebouw hebben ontworpen. Een deel
van de bomen die we hebben gekapt, compenseren we op het terrein zelf en op een
andere locatie van Ter Engelen,” vertelt architect Bertie De Gauquier namens
het ontwerpteam.
Strak, maar huiselijk
Op het open terrein bedachten de architecten een gebouw dat
past in zijn omgeving. Bij het oprijden van het perceel valt de openheid van
het complex op. “Het gebouw heeft één centrale inkompartij aan de parkingzijde.
Van hieruit is er toegang naar de twee afdelingen: nursing of structuurgroep.
De twee achter elkaar liggende afdelingen zijn qua architectuur vrijwel
identiek opgevat. Ze bestaan uit 2 volumes met daarin hoofdzakelijk de
individuele slaapkamers. Tussen deze volumes zijn de leefgroepen, keuken en
sanitair ondergebracht. Door de hellende daken hier naar buiten toe open te
laten gaan, konden we hier grote, hoge raampartijen creëren. Ze halen zowel het
daglicht als de natuur maximaal naar binnen. Buiten ontstaan zo grote overdekte
terrassen waar de bewoners kunnen genieten van de natuur,” verklaart Bertie De
Gauquier de openheid. De twee vleugels functioneren onafhankelijk van elkaar.
Ze worden van elkaar gescheiden door gemeenschappelijke functies zoals kine,
snoezelruimte en wasplaats in het hart van het gebouw. Deze functies zijn door
beide groepen te gebruiken.
Het volledige bouwprogramma werd bewust op het gelijkvloerse
niveau georganiseerd: omwille van het gebruiksgemak voor de bewoners en om op
maat van de natuur te blijven. Vanuit dezelfde overweging kozen de architecten
ook natuurlijke materialen. Bertie De Gauquier daarover: “De kleur van de gevelsteen
is bijvoorbeeld afgestemd op het kleurenpallet dat je in de herfst in het bos
vindt. We hebben hiervoor tot op het percentage de kleurenmix bepaald.” De
kleurige gevels krijgen ter hoogte van inspringende nissen zwarte accenten met
een plaatmateriaal. Ook het aluminium buitenschrijnwerk is zwart. Samen met de
hellende daken geeft deze materiaalkeuze een strakke, maar toch huiselijke
uitstraling. Wie overigens goed naar de hellende daken kijkt ziet dat klassieke
hanggoten ontbreken. “Het regenwater infiltreert rechtstreeks in een kiezelbed
rondom het gebouw. Daarmee spelen we in op een vraag van de bouwheer om het
onderhoud van de goten in de bosrijke omgeving te vermijden.”
Warm karakter
In het interieur zochten de ontwerpers naar duurzame en
onderhoudsvriendelijke materialen die een huiselijke sfeer oproepen. Dat
vertaalt zich in een combinatie van linoleum en keramische vloertegels. De
wanden en het vast meubilair zijn zoveel mogelijk in HPL uitgevoerd. De
hellende daken zijn uitgevoerd in sandwichpanelen met aan de binnenzijde een
afwerking in Fins vurenhout. Dat hout draagt bij aan het warme karakter. Her en
der zijn gekleurde accentwanden toegepast. “Een doelgerichte vraag van de
opdrachtgever. Sommige van de bewoners missen dieptezicht. De gekleurde wanden
helpen hen om de dingen in hun juiste context te plaatsen of om hen wegwijs te
maken. De leefgroepen zijn immers volledig zonder deuren. Er zijn alleen deuren
naar de private kamers. Zo ontstaan sterke zichtlijnen doorheen het gebouw. Op
enkele plaatsen in het gebouw zijn vlakken voorzien voor een kunstintegratie.
De bouwheer en ontwerpers zetten hiervoor een samenwerking met de PXL op. De
studenten zullen op deze plaatsen een grafisch werk maken waarin de 4
natuurelementen centraal staan.
Vermeldenswaard is ook nog de hoge plint rond de centrale
kern. De plint is zo hoog opgetrokken dat deze ook als handgreep fungeert en zo
de bewoners begeleid.
Integraal toegankelijk
Ook al was integrale toegankelijkheid niet verplicht gezien
het aantal bewoners, toch streefden de architecten naar een volledige integrale
toegankelijkheid voor personen met een verminderde beweeglijkheid. Zo zijn er
specifieke parkeerplaatsen voorzien, maar kunnen wagens even goed tot aan de
overdekte inkompartij rijden om een bewoner of bezoeker voor de deur af te
zetten. Het gebouw is volledig rolstoeltoegankelijk. De toegang tot de
individuele kamers gebeurt via een deur van 1,20m breed met voldoende
opstelruimte aan de trekzijde. De gangen zijn plaatselijk zelfs 2,20m breed voor
een comfortabel rolstoelverkeer.
Natuurlijke omgeving
In de omgevingsaanleg ging alle aandacht naar de omliggende
natuur. De parkeerplaatsen en oprit zijn uitgevoerd in een waterdoorlatende grindverharding.
De parkeerplaatsen worden landschappelijk nog ingepast met inheemse planten.
Ook elders op het terrein komt nog een aanplanting met inheemse soorten om de
ecologische waarde en biodiversiteit te vergroten. Door de aanpassing van de
paden op het terrein vergroot de belevingswaarde van de Bosbeek en de
houtwallen. Het volledige pakket aan groenwerken werd uitgevoerd door
Groenbedrijf Van Vlierden.